Ik heb een ambivalente verhouding met de Sloot of Venlo-Zuid. Ik heb er nooit echt
wortel geschoten. Het toeval wil dat het huis van mijn opa en oma er staat, dat mijn
ouderlijk huis er staat en dat ik er zelf woon. In mijn eigen huis. Het is het huis
van mijn kinderdromen. De buurt hoort er als vanzelf bij. Ik ben zo gewend aan dit
stukje aarde. Stilaan heeft het zijn goede naam verloren en een onterecht beladen
klank gekregen in de oren van vele Venlonaren. Ze is ook niet meer wat ze is geweest.
Er scheuren nu brommers door de straat en door de zuigende aantrekkingskracht van
de friteskraam is het gedaan met de rust. Ik ben wat behoedzamer geworden maar ik
ben met deze buurt, met deze straat, en met dit huis een onlosmakelijke verbintenis
aangegaan en ik laat me niet gek maken om te moeten verkassen. Net als mijn negentigjarige
buurvrouw, mevrouw Mie Janssen. Zij bewoont jarenlang het huis gelegen naast de tien
populieren. Nu wonen we al meer dan dertig jaren langs elkaar. We hebben ze zien
komen en we hebben ze zien gaan. De passanten van onze straat. We blijven trouw op
onze plek en beleven het allemaal van binnen. Ik ben de waarnemer van een straat
in beweging en alleen mijn buurvrouw en ik weten hoe het was…
Annemie Holla
